Sterrenzingen.
Driekoningenfeest.
Detail uit een schilderij
van Jan Steen.
Driekoningenfeest
Op de avond van Dertiendag of Driekoningen gingen groepen volwassenen of
kinderen zingend langs de huizen, gekleed als de Drie Koningen. Een van de drie
koningen droeg op een lange stok een met een kaars verlichte ster. De ster werd
draaiend gehouden door aan een touwtje te trekken. Deze ster was een verwijzing
naar de ster die de wijzen hadden gevolgd op zoek naar de kerststal waar Jezus
was geboren.
De kinderen of volwassenen hoopten door het zingen van een lied
(het zogenaamde sterrenzingen)
wat eten of geld te krijgen. In het driekoningenzingen zijn
heidense en christelijke invloeden verweven.
Zonnewende
Voor de primitieve mens is het verschijnsel van de zonnewende erg belangrijk
geweest. Zonnewende is de gebeurtenis waarbij de zon vanuit de aarde gezien de
meeste noordelijke of zuidelijke positie bereikt. De zonnewende met de kortste
dag wordt ook wel winterwende of midwinter genoemd. Op het noordelijk halfrond
valt de midwinter rond 22 december, het begin van de winter.
Vroeger gebruikte men vaak een stok in de grond als hulpmiddel om de zonnewende
te bepalen. Elke dag keek men hoe lang de schaduw was op het middaguur. Zodra de
schaduw de volgende dag korter was, was de zonnewende van de winter een feit.
Van oudsher wordt in veel culturen de winterzonnewende gevierd met een
lichtfeest.
Joelfeest
De Germanen noemden het midwinterfeest Jul, wat wiel of rad betekent. Zij
dachten dat in de winter op het moment dat de zon het laagste punt bereikte het
rad van de zon even stil bleef staan. Daarna steeg de zon weer op om de aarde
opnieuw te bevruchten.
Als symbool voor het rad van de zon bakten zij brood in de vorm van zonneraderen, slangen of van hoorntjes. Het rad van de zon symboliseerde ook de eeuwige wederkeer van de seizoenen, de steeds herlevende vruchtbaarheid van het groene gewas. De cirkel van geboren worden, groeien, bloeien, vrucht en zaad dragen en weer sterven om nadien weer op te rijzen.
Bij aanvang van het joelfeest rond 25 december werd symbolisch het stilstaande rad opgehangen en werden de vuren -zoals de zon- gedoofd. Na de 12de nacht van het joelfeest steeg de zon weer: het zonnerad begon weer te wentelen. De Germanen ontstaken op de heuvels grote vuren en rolden brandende raderen van de heuvels. Boven op de levensboom werd de zon voorgesteld met acht stralen, zodanig dat hij kon draaien als was het een wentelend zonnerad. Er werden optochten gehouden met allerlei lichten, zoals fakkels. Het Germaanse Yule was een vruchtbaarheidsfeest waarbij de macht van de zon voorop stond. De zesde januari gold vrij algemeen als het eind van de joeltijd.
Kerst en Drie Koningen
Het midwinters lichtfeest werd later verchristelijkt. Op de eerste dag van het
twaalfdaagse Joelfeest vond in de Kerstnacht de geboorte van Jezus plaats. De
oorspronkelijke verwijzing van de ronde krans als symbool van de zon werd
vervangen door Jezus Christus als licht van de wereld. Op Kerstdag plaatst men
veelal een grote witte kaars in het midden om dit christelijk geloof uit te
drukken.
De 12de dag van het Joelfeest werd het feest van de Drie Koningen. De Drie Koningen zijn de Wijzen uit het Oosten, die volgens de bijbel het kindje Jezus in de kerststal kwamen opzoeken om hem eer te bewijzen. De zon werd vervangen door de ster van Bethlehem: een lichtpuntje in de duisternis, de leidster van de Drie Koningen, de herders, de zwervers, de hebreeën, de mensen zonder thuis. De ster wijst naar het kind als redder; niet de zon of ster wordt verheerlijkt, maar God en Christus.