G.H. Lückens voerde net als voorheen zijn vader het stukadoorsbedrijf onder zijn eigen naam.
Naast werk voor particulieren voerde hij ook regelmatig opdrachten uit voor de gemeente, via
aanbestedingen.
Hij had enkele medewerkers in dienst, in die tijd 'knechten' genoemd. Het bedrijf beschikte over een aantal
kleine pakhuizen, toegankelijk via het
Arminiaanse Glop:
de steeg tussen Ramen 16 en Ramen 18.
Briefhoofd van Gerard Lückens.
Gegevens op het kwitantieboekje.
Pakhuizen
In de pakhuizen was de opslag van de benodigde materialen, zoals de
steenkalk die
gebruikt werd als basis voor de witkalk en de stucpleister. Ook stonden er de kruiwagens, de handkar
en het benodigde stukadoorsgereedschap. Verder waren er de blusbak en twee kalkkuilen, in het kleinste
en L-vormige pakhuis achter het woonhuis Ramen 16.
Op de zolder van het pakhuis achter Ramen 18 was het eerste atelier van de kunstenaar.
Gebruiksklaarmaken van de kalk
De steenkalk werd door de Enci geproduceerd
en als kalkkluiten in een zak geleverd. Voordat de kalk klaar was voor gebruik, moest de
kalk geblust worden.
Dit gebeurde zoals gezegd in het kleinste pakhuis, in de tuin van Ramen 16.
De blusbak was een langwerpige houten bak, die aan een korte kant omhoog gebracht kon worden met een draaimechanisme.
De bodem van de busblak liep dan schuin af in de richting van de kalkkuil. De andere korte zijde van de blusbak
was voorzien van een houten schuif en een rooster.
Blussen
De blusbak werd gevuld met meerdere kalkkluiten. Na toevoegen van water ontstond een chemische reactie,
die met veel hitte gepaard ging. De massa moest regelmatig met de kalkschep worden geroerd.
Zodra de kalk volledig was geblust, draaide de knecht met een zwengel de ene kant van de blusbak iets omhoog.
De houten schuif van de blusbak werd geopend en de gebluste kalk gleed de kalkkuil in.
Eventuele ongebluste deeltjes bleven in de blusbak achter het rooster zitten. Het blussen van de kalk nam een hele
werkdag in beslag. Zodra een van de twee kalkkuilen leeg begon te raken, werd opnieuw een portie kalk geblust.
Riskante situaties
De ongebluste of gebluste kalk leidde soms tot riskante situaties en niet alleen tijdens het werk!
Zo ontstond in het grotere pakhuis een brandje, nadat opgeschoten jongens in hoge nood de voorraad kalkkluiten
hadden 'bewaterd'.
Bij een ander voorval brak de oudste dochter van G.H. Lückens, Lien, haar been
bij een ongeluk met de blusbak.
En de tweede dochter, Gerdien,
viel tijdens het verstoppertje spelen in de kleine kalkkuil. Gelukkig werd haar
geroep gehoord door moeder Lückens en
kon zij er snel uitgetrokken worden. Het enige gevolg was, dat de kleding
en de schoenen die zij droeg meteen weggegooid moesten worden.
Boven: advertentie van Lückens in een regionale krant, 1924.
Rechts: de gegevens van het stucadoorsbedrijf G.H. Lückens,
in het adresboek voor de handel,
uitgave 1924.